HomeArbeidsmarkt‘Eerst leren en dan dienen’

‘Eerst leren en dan dienen’

Bij Dow Delfzijl kan dit jaar de vlag uit. De vestiging waar MDI wordt gemaakt, bestaat vijftig jaar. Tien jaar geleden stond de fabriek voor grote uitdagingen vanwege marktomstandigheden en betrouwbaarheidsproblemen in de fabriek. Vandaag staan de zaken er beter voor. In 2021 en 2022 behaalde de fabriek de Best Performance Reliability Award. Plantmanager Guliz Talay richt haar aandacht nu op verduurzaming van de fabriek en het bevorderen van inclusiviteit om voorbereid te zijn op de toekomst.

Monique Harmsen[/vc_column_text]

MDI is met polyol een belangrijke grondstof voor polyurethaan dat wordt toegepast in harde en zachte schuimen. Die zijn onder andere te vinden in matrassen, meubels, isolatiematerialen, schoenzolen en mobiele telefoons. In Delfzijl wordt ruwe MDI gedestilleerd, dat vanuit andere fabrieken van Dow in Duitsland en Portugal per schip wordt aangevoerd. ‘Er zijn meerdere types MDI-monomeren en -polymeren en die proberen we in verschillende graduaties te scheiden naar de eis van de klant’, vertelt plantmanager Guliz Talay. ‘Dit gebeurt in drie destillatie-units en we hebben twee reactoren waar we pre-polymeren en liquid MDI produceren.’
De van oorsprong Turkse Talay is sinds 2010 werkzaam bij Dow. Na haar bachelor Chemical Engineering aan Bogazici University deed ze een master Proces Engineering aan de TU Delft die ze in 2010 cum laude afsloot. De weg naar de wetenschap lag voor haar open maar ze koos voor Dow. ‘Ik werd uitgenodigd voor een sollicitatie in Terneuzen. Toen ik het enorme complex zag, werd ik meteen verliefd.’ Ze bleef en heeft sindsdien de rangen doorlopen van proces engineer naar operations engineer tot EH&S Leader.

[/vc_column][/vc_row]

Goede leider

In die laatste rol maakte ze een dodelijk ongeluk mee op de site en dat had een grote impact. ‘Het zorgde voor een grote verandering in mijn carrière. Ik realiseerde me dat ik een groot verschil kan maken door een goede leider te zijn met een stevige safety-achtergrond, zodat iedereen aan het einde van de dag weer gezond naar huis kan.’
Bij haar komst in Delfzijl trof Talay een site die goed draaide. ‘De uitdagingen van tien jaar geleden zijn goed opgepakt. Het onderhoudssysteem is verbeterd, er zijn structurele aanpassingen in de fabriek geweest en de expertise van de mensen is hoog. We kijken nu meer naar de data en als er in een unit een storing optreedt, passen we de oplossing ook toe in andere units om storingen preventief aan te pakken in plaats van iedere keer brandjes te blussen.’
Naast betrouwbaar was de fabriek ook zeer productief. Covid speelde hierbij volgens Talay een belangrijke rol. ‘Iedereen zat thuis. Dat leidde tot veel verbouwingen en de aanschaf van nieuwe meubels, matrassen, isolatiemateriaal enzovoorts. Onze bezettingsgraad lag beduidend hoger. Na Covid stegen de energieprijzen, nam de inflatie toe en viel de vraag licht terug. Onze huidige bezettingsgraad is lager dan die van vorig jaar, maar nog steeds hoog ten opzichte van andere fabrieken in de regio.’

Guliz Talay plant manager Dow Delfzijl:

‘Je hebt verschillende geluiden en invalshoeken nodig voor innovatie en een snellere groei.’

Verduurzamen

Nu de fabriek goed loopt, ligt de nieuwe uitdaging bij verduurzaming. Talay: ‘Het afgelopen jaar hebben we bij elkaar gezeten met een multifunctioneel team dat bestond uit mensen van maintenance, logistiek, operations en engineering om te brainstormen over hoe we onze CO2-footprint kunnen verlagen en de circulariteit kunnen verhogen. Aan de hand van de ideeën hebben we een roadmap opgesteld voor de komende tien jaar. De initiatieven variëren van heel klein, zoals het recyclen van ons eigen afval, geen papieren koffiebekers meer en gerecycled printerpapier, tot grote projecten zoals de vervanging van onze fornuizen die bijna aan het einde van hun levensduur zijn. De vraag is: vervangen we deze fornuizen door elektrische of zetten we alternatieve groene brandstoffen in om onze CO2-footprint te verlagen?’
Daarnaast werkt Dow in Delfzijl ook aan zonne-energie. ‘Zo hebben we verschillende projecten gedefinieerd voor de komende tien jaar, die we langzaam en stapsgewijs gaan invoeren. Het is onze droom om over tien jaar te kunnen zeggen: Delfzijl is erin geslaagd de productie van unit 1 en 2 CO2-vrij te maken. Dat is ons streven, maar je hebt kapitaal nodig om dit te ondersteunen. Wij doen in ieder geval nu ons huiswerk om voorbereid te zijn.’

Diversiteit en inclusiviteit

Een onderwerp dat Talay na aan het hart ligt, is het bevorderen van diversiteit in alle vormen bij Dow. Als jonge vrouw van Turkse komaf heeft ze zelf ervaren hoe belangrijk dit onderwerp is. In Terneuzen kreeg Talay de kans om een fabriek te runnen en dat was een leerproces. Als nieuwkomer moest ze leidinggeven aan operators met jaren ervaring. ‘Dat was in het begin best eng. Mijn begeleider zei: ‘Als je daar kunt zwemmen, kun je overal zwemmen. Probeer het!’ Toen ik daar begon heb ik gezegd: ‘Dit is de kennis die ik meebreng en laten we kijken hoe we het samen kunnen doen.’ Deze opstelling en de wil om te leren van anderen viel goed. Het begin was moeilijk, ook omdat ik de taal nog niet sprak, maar het was de moeite waard.’
Van vrouwen met een technische achtergrond wordt volgens Talay nog steeds twee keer zoveel verwacht als van een man. ‘Je moet je steeds bewijzen. De masculiene, witte mannencultuur is nog dominant in de industrie en je ziet dat vrouwen of andere groepen zich aanpassen om erbij te horen. Dit gaat ten koste van hun eigen waarden. Als je allemaal gelijkgestemde mensen hebt, groei je veel langzamer. Je hebt verschillende geluiden en invalshoeken nodig voor innovatie en een snellere groei. Om te overleven moet je duurzaam zijn en daarvoor heb je een gebalanceerd personeelsbestand nodig. Ik ben erg blij dat we bij Dow veel aandacht besteden aan inclusie en diversiteit en dat er animo is voor verandering.’
In Delfzijl bestaat het management van de site inmiddels uit drie mannen en drie vrouwen. ‘Dat is het hoogste percentage vrouwen in de regio en daar ben ik trots op’, stelt Talay. In totaal bestaat het werknemersbestand uit tien procent vrouwen.

Guliz Talay plant manager Dow Delfzijl:

‘De eerste jaren leer je vooral van de mensen en de fabriek en daarna begin je te dienen.’

Dienend leiderschap

Gevraagd naar haar stijl van leidinggeven antwoordt Talay: ‘In a world where everybody is trying to be someone, I try to be no-one. Het draait niet om mij, maar om hoe ik kan dienen. Op de deur van mijn kantoor staat de quote: The planet does not need more successful people. The planet desperately needs more peacemakers, healers, restorers, storytellers, and lovers of all kinds.’ Dat probeer ik iedere dag te zijn.’
Ze wijst erop dat alles draait om een balans tussen het mannelijke en het vrouwelijke. ‘Het mannelijke is erg belangrijk want je hebt een goede structuur nodig, maar te veel kan leiden tot agressie, ego’s, mensen uitbuiten en natuurlijke hulpbronnen opgebruiken. Het vrouwelijke draait om verbeelding, zorg en een zijn met de planeet. Ik probeer iedere dag de balans te vinden. Ik weet dat ik hard werk aan een andere stijl van leidinggeven, maar mijn medewerkers weten dat ik beide stijlen beheers en kan inzetten.’
Het grote voorbeeld voor Talay is Els van der Velden, die in Dow Terneuzen haar mentor was. ‘Zij inspireerde mij met haar steun voor diversiteit en inclusie en ze opende het pad voor andere jonge, vrouwelijke engineers naar operationeel leiderschap.’

Toekomst

Het komende jaar staan een aantal projecten op de agenda in Delfzijl. Het begint in juni met een turnaround van twee weken in unit 1. En aan het einde van het jaar staat de vervanging van een complete reactor op het programma. ‘Het team is al begonnen met de sloop van de oude omdat de nieuwe prepolymeer reactor op dezelfde plek komt. Dat is een van de grootste projecten dit jaar. Daarnaast zijn er kleine verbetering op de site zoals een nieuwe doseerunit voor de koeltorens.’
Talay is ook druk met de voorbereiding voor de komende veiligheidsaudit. In 2018 was zij zelf auditor in Delfzijl. ‘Ik zag toen een goed team; bescheiden en met de wil om te leren. De audit was niet slecht maar er waren enkele kleine dingen die moesten worden verbeterd. Nu heb ik de leiding en komt er een nieuwe audit aan. Ik moet mijn eigen bevindingen afsluiten voordat zij komen.’
Verder wordt er invulling gegeven aan de roadmap naar verduurzaming. ‘We onderzoeken hoe we de fornuizen kunnen vervangen door meer duurzame technologie en hoe we onze stoomproductie op de site kunnen uitfaseren voor een groenere optie. Hierbij kijken we naar onze mogelijk toekomstige nieuwe buur: een waterstoffabriek. Zij hebben ook stoom nodig. Misschien kunnen we van hun faciliteiten gebruikmaken in plaats van onze eigen stoom te maken. En we hebben een dak dat moet worden vervangen dus we kijken of er zonnepanelen op kunnen.’
Over een volgend stap in haar carrière heeft Talay wel nagedacht, maar die laat als het aan haar ligt nog even op zich wachten. ‘Ik ben hier nu anderhalf jaar en ik hoop hier minimaal drie tot vijf jaar te blijven. De eerste jaren leer je vooral van de mensen en de fabriek en daarna begin je te dienen. Daarna zou ik wel een Responsible Care Safety rol willen binnen Dow. Ik denk dat ik daar een bijdrage kan leveren met mijn achtergrond.’

De plantmanager

In deze rubriek ‘De plantmanager’ laten wij elke keer een andere plant of site manager aan het woord over zijn werk, visie en bedrijf. Hoe lukt het hen om succesvol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren? Kent u interessante plantmanagers? Mail dan naar redactie@industrielinqs.nl

Dit artikel is gepubliceerd in Industrielinqs 2023-03 (24/5/2023)

Delen:

monique@industrielinqs.nl