Italiaanse bank trekt gedeelte financiering pijpleiding terug

ROME – De Italiaanse bank, Banca Intesa, heeft een gedeelte van haar financieringsaandeel in het Baku-Tblisi Ceyhan oliepijpleiding project verkocht. De bank voert gesprekken over de verkoop van haar resterende aandeel van zestig miljoen dollar in het project dat in totaal 3,6 miljard dollar kost. De bank verkocht een derde van haar aandeel in het pijpleidingproject, dat verlies leidt door constructieproblemen. De bank maakte de partij waaraan de aandelen verkocht worden niet bekend. Ook wilde het de waarde van de deal niet bevestigen. Vorige week verklaarde het hoofd van de Azerbeidzjaanse staatsoliemaatschappij Socar dat vertraging in de bouw van de pijpleiding zou leiden tot hogere kosten. De pijpleiding zou vierhonderd miljoen dollar meer, dus vier miljard dollar gaan kosten. BP die operator van de pijpleiding wordt, verklaarde dat de leiding in het tweede kwartaal van 2005 in gebruik genomen kan worden. De eerste olie zal komen uit het Azeri-Chirag- Guneshli veld in de Kaspische Zee. ExxonMobil heeft ook een aandeel in het ACG-veld, maar zij verklaarde dat het niet verwachte voor 2010 olie via de pijpleiding af te voeren. De pijpleiding wordt bekritiseerd door een Britse kabinetscommissie. Een onderzoek van een consultant laat zien dat een kwart van de verbindingen in Georgië niet in orde zijn. ABN Amro en ING nemen ook deel in de financiering van het project.