De tunnel van de Rijnlandroute krijgt een wereldprimeur. Een systeem van lenzen en glasvezel voor transport brengt direct zonlicht tot honderd meter in de tunnel. De innovatie kan leiden tot een reductie van tien tot twintig procent van het totale energieverbruik van de tunnel in de RijnlandRoute.
Transport van zonlicht via glasvezel (Solar Optic Fiber) wordt door aannemer Comol5 nu voor het eerst in een tunnel gebruikt. De techniek wordt in het buitenland al toegepast in scholen en kantoren. âDeze energiebesparende innovatie past in de duurzaamheidsambitie van de provincie. We zijn er trots op dat we hiermee de wereldwijde primeur hebbenâ, zegt Helmut Berkhout, contractmanager bij de provincie Zuid-Holland. De vergunning voor de toepassing aan de tunnelingang aan de A4 zijde is inmiddels verleend.
Besparing door zonlicht in tunnel
De toepassing van Solar Optic Fiber creĂ«ert een win-winsituatie. Comol5, dat ook de eerste vijftien jaar onderhoud voor zijn rekening neemt, profiteert van de lagere energiekosten. âWe steeds op zoek om het energieverbruik in tunnels te reduceren en daarmee ook de CO2-uitstoot omlaag te brengen. Omdat tunnelverlichting verantwoordelijk is voor circa 50% van het energieverbruik, was het voor ons logisch om eerst daarnaar te kijkenâ, zegt Onno Sminia, innovatiemanager bij Comol5 en Croonwolter&dros. Berkhout: âAl vroeg in het project is met Comol5 afgesproken dat wij als opdrachtgever openstaan voor innovaties op het gebied van duurzaamheid. We zijn âlaunching customerâ voor deze techniek. Die levert in de beheerfase van de tunnel jaar na jaar forse energiereductie. Het feit dat we zonder energieverbruik âgratisâ zonlicht krijgen op een plek waar dat tot voor kort onmogelijk was, is natuurlijk geweldig.â
Hoe werkt het?
Om de ogen van de weggebruiker te laten wennen aan de overgang van licht naar donker, is extra licht nodig bij de inrit van de tunnel: de ingangsverlichting. Bij de tunnel wordt de zonlichtoplossing van Parans gebruikt. Bovengrondse lenzen vangen het licht op en draaien mee met de zon. Via bundels glasvezel wordt het zonlicht de tunnel in gevoerd. De armaturen worden in een esthetisch patroon (geĂŻnspireerd op een sterrenhemel) over het plafond in de tunnel aangebracht. Hoe meer licht er buiten is, hoe meer licht er nodig is in de tunnelmond om ogen van weggebruikers te laten wennen. Het mooie van gebruik van zonlicht is dat er dan automatisch ook meer zonlicht de tunnel in komt.
âHet is hightech en lowtech ineenâ, zegt Sminia. âLicht wordt van de ene naar de andere plek getransporteerd zonder verlies onderweg en zonder dat daar aanvullende energie voor nodig is. Dat klinkt simpel. Er zitten echter ingewikkelde berekeningen onder die ervoor zorgen dat het lichtniveau in de tunnelmonden kan worden geregeld op basis van het lichtniveau buiten. Daarmee kunnen we aan de eisen van de landelijke tunnelstandaard voldoen.â