De Nederlandse olie- en gasindustrie wil de methaanuitstoot van haar activiteiten op zee de komende twee jaar halveren. Daarvoor heeft brancheorganisatie Nogepa een convenant getekend met minister Eric Wiebes (Economische Zaken en Klimaat).
Om de reductie te bereiken heeft de industrie een reductieprogramma opgesteld. De overheid spreekt met het convenant af om samen met de industrie een onderzoek op te starten naar de randvoorwaarden die verdere reductie op langere termijn mogelijk maken.
Minister Eric Wiebes: āIk feliciteer de industrie met dit ambitieuze methaanreductieprogramma. Op weg naar 2050 bouwen we het gasgebruik af. Tot die tijd hebben we, of we het nu leuk vinden of niet, aardgas nodig. Nederlands gewonnen aardgas heeft daarbij de voorkeur. Dat heeft een kleinere impact op het klimaat dan geĆÆmporteerd aardgas en levert geld op in plaats van dat het geld kost. De industrie laat met dit programma in de praktijk zien oog te hebben voor haar maatschappelijke rol en neemt concrete maatregelen om de klimaatimpact van olie en gaswinning verder te verminderen.ā
Koppeling met CO2-prijs
Bij de ontwikkeling van het reductieprogramma is de best beschikbare techniek (BBT) als uitgangspunt genomen. Vervolgens is gekeken naar het reductiepotentieel en de kosteneffectiviteit van maatregelen. Het ontwikkelde kosteneffectiviteitscriterium zorgt automatisch tot de uitvoering van die maatregelen die de grootste reductie opleveren. Het kosteneffectiviteitscriterium is gebaseerd op de CO2-prijs (het Europese systeem van emissiehandel (ETS)) ten tijde van de inventarisatie en selectie van maatregelen. De Nederlandse olie- en gassector legt hiermee als eerste industriesector een expliciete koppeling tussen het ETS en de emissie van methaan als broeikasgas.
Een substantiƫle verhoging van de Europese CO2-prijs tijdens de looptijd van dit convenant kan dan ook aanleiding geven om het kosteneffectiviteitscriterium voor maatregelen in het kader van dit programma te heroverwegen. Op basis van het vastgestelde kosteneffectiviteitscriterium is vijftig procent reductie van methaanuitstoot haalbaar.
Elektrificatie
Voor verdergaande methaanemissiereductie lijkt elektrificatie van de offshore-productieplatforms een effectieve optie. Aansluiting op het Net op Zee is daarvoor noodzakelijk. Maar de randvoorwaarden hiervoor moeten nog worden ontwikkeld. Elektrificatie van platforms is volgens Nogepa ook een belangrijke randvoorwaarde om op middellange (tot 2030) en lange (tot 2050) termijn CO2-transport en -opslag in lege olie- en gasvelden mogelijk te maken.
De bestaande infrastructuur kan ook worden ingezet voor productie, transport en opslag van waterstof op zee. Ook hiervoor moeten de platforms worden aangesloten op het elektriciteitsnet. Daarnaast levert elektrificatie van gasplatforms direct een CO2-besparing op van 0,5 tot 1,0 megaton per jaar.
Randvoorwaarden
De sector kan elektrificatie van de belangrijkste productieplatforms echter alleen realiseren als de economische en organisatorische randvoorwaarden daartoe zijn ingevuld. Zoals een generieke investeringsaftrek van veertig procent, wettelijke verankering van de aansluiting van offshore productieplatforms op het energienet op zee, vastgestelde aansluitvoorwaarden, inclusief tarieven en compensatie van onrendabele kosten van elektrificatie.
In het convenant spreken Nogepa en de overheid af samen te onderzoeken hoe na 2020 verdere emissiereductie kan worden gerealiseerd en wat daarvoor nodig is.