Yara heeft een commerciële overeenkomst met Lantmännen gesloten om fossielvrije meststoffen op de markt te brengen. Vanaf 2023 produceert Yara meststoffen met hernieuwbare energie, die Lantmännen vervolgens in Zweden op de markt brengt. Dit is een belangrijke stap naar vergroening van de ammoniakproductie bij Yara.
De bouwsteen van minerale meststoffen is ammoniak. Dit wordt nu nog geproduceerd met aardgas. Ammoniakfabrieken zetten waterstof – gemaakt uit aardgas en water – met stikstof uit de lucht om in ammoniak. Van groene waterstof, gemaakt met hernieuwbare energie, kun je dus groene ammoniak maken, en daarvan fossielvrije meststoffen.
Yara heeft ook al plannen om in Sluiskil een honderd megawatt elektrolyzer te bouwen. Deze moet windenergie van Ørsted omzetten in groene waterstof en daarmee kan Yara vervolgens zo’n 75.000 ton groene ammoniak per jaar produceren. Dat is ongeveer tien procent van de capaciteit van de grootste ammoniakfabriek in Sluiskil. ‘Er staan drie ammoniakfabrieken in Sluiskil, dus dan kom je uit op zo’n vier procent groene ammoniakproductie’, rekende Sammy Van Den Broeck, vice president Climate Neutrality bij Yara International, vorig jaar in een interview voor. ‘Dat kan klein lijken, maar groene ammoniak, afgeleid van groene waterstof, bestaat vandaag de dag niet. Er is nog geen bestaande markt voor.’
Als Yara alle groene ammoniak omzet in kunstmeststoffen, dan kan het bedrijf een half miljoen hectare in Europa voorzien van groene kunstmest, stelde Van Den Broeck. ‘En dat is dan weer niet zo klein voor een product dat vandaag nog niet bestaat. Het is voor Yara aan de marktkant een heel grote stap.’
De overeenkomst met Lantmännen vormt voor Yara een mooi begin van de ontwikkeling van deze marktkant. Of de elektrolyzer in Sluiskil er komt, staat daar los van. Begin dit jaar zal dit duidelijk worden als Yara een definitieve investeringsbeslissing over de bouw van de elektrolyzer neemt. Het project kan dan in 2024/2025 operationeel zijn.