De Europese wateren worden steeds drukker. Met de EU-doelstelling om tegen 2030 60 GW offshore windenergie te hebben, dreigen andere activiteiten in de knel te komen. Dit kan leiden tot potentiële conflicten en bedreigingen voor ecosystemen. Toch hoeft het niet zover te komen. Het door de EU en industrie gefinancierde UNITED-project bewijst dat offshore windparken ook kunnen worden gebruikt voor de kweek van voedsel zoals zeewier, mosselen of oesters.

In vijf levensechte pilotprojecten is aangetoond dat offshore windparken multifunctioneel kunnen zijn.  Volgens Ghada El Serafy, projectcoördinator bij Deltares, biedt de ruimte tussen de windturbines mogelijkheden voor duurzame voedselteelt. In Duitsland leverde het proefproject om schelpdieren en algen op een offshore locatie met veel technische uitdagingen goede resultaten op.

De Nederlandse en Belgische pilots onderzochten de kweek van zeewier en weekdieren in dynamische offshore windparken. De Belgische partners zijn tegelijkertijd verdergegaan met het herstel van oesterbedden in windparken, met de ambitie om deze natuurlijke bedden te gebruiken voor oesterkweekactiviteiten.

In de praktijk betekent dit dat hetzelfde gebied dat oorspronkelijk was aangewezen voor een offshore windmolenpark kan worden gebruikt voor andere compatibele activiteiten, zoals de kweek van zeewier, mosselen of oesters.

Zeewierboerderijen, met name in windmolenparken, kunnen bovendien een toevluchtsoord en schuilplaats zijn voor verschillende mariene soorten, aangezien een extractieve aquacultuurmethode een manier kan zijn om overtollige voedingsstoffen van activiteiten op het land te verwijderen en te saneren. Het combineren van oesteraquacultuur en zeewierteelt kan daarom een duurzame manier zijn om aquacultuur te bedrijven en het omringende water te zuiveren van overtollige voedingsstoffen.

Het UNITED-team is al bezig met een vervolgproject in België, Denemarken, Duitsland en Nederland om te onderzoeken of aquacultuur op windmolenparken commercieel levensvatbaar is.