[vc_row][vc_column][vc_column_text]

Een relatief kleine, onbekende fabriek op Chemelot en toch wereldmarktleider. Door de verschillende variaties van het SMA-copolymeer dat Polyscope produceert, wordt veel flexibiliteit van Plantmanager Roel Jolling en zijn team verwacht. Ondanks de volcontinue manier van produceren, moet de fabriek regelmatig worden omgesteld. Deze pitstops vragen om specifieke competenties. ‘Je past hier, of je past hier niet. Daar zit niets tussenin.’

[/vc_column_text][vc_empty_space][vc_column_text]‘In veel iPhones zit een gram van ons product. Het zit zelfs in het verpakkingsdoosje, in de inkt’, stelt plantmanager Roel Jolling (34) van Polyscope met enige trots. In de fabriek op Chemelot in Geleen maakt hij met zijn team diverse variaties van styreen-maleïnezuuranhydride, oftewel SMA. Een copolymeer dat afhankelijk van de samenstelling waarde toevoegt aan andere kunststoffen in tal van toepassingen. Jolling: ‘We maken het zout en de peper in de soep.’
Met de relatief kleine fabriek, tussen het grote geweld van de bulkchemie op Chemelot, is Polyscope toch zo maar wereldwijd marktleider. Sterker nog, het is zo goed als de enige producent van het volledige spectrum van SMA in de wereld.[/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]

Eerste jaren

Het is een fabriek met toch wel een bijzondere historie. Begin jaren negentig van de vorige eeuw bouwde DSM de fabriek op haar terrein in Zuid-Limburg, voor de productie van enkele varianten van SMA. Eind jaren negentig nam DSM de strategische beslissing om te stoppen met SMA-productie en ging de fabriek op slot.
Doodzonde, vond een groepje kunststofveteranen aan het begin van deze eeuw. Ze hoorden steeds meer vraag vanuit de markt en namen met enkele investeerders het initiatief om de fabriek in 2006 weer aan de praat te krijgen. Jolling: ‘In het begin waren er geen middelen voor een totale revamp. Alles was erop gericht om in ieder geval een goed product uit de installatie te halen. Die eerste jaren waren heel zwaar, begreep ik, maar ze leveren nog steeds de meest sappige anekdotes op. Dat veranderde in 2009 toen Nova Chemicals besloot om te stoppen met SMA. Dat kon toen ook, omdat Polyscope de lopende automotive klantprogramma’s kon overnemen.’[/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]

Groei

Zelf werd Roel Jolling, afkomstig van Belgisch Limburg, in 2010 als junior process engineer aangenomen. Net aan het einde van het eerste lustrum, dat gericht was op de opstart van de fabriek met één productvariant. ‘Daarna volgde vijf jaar waarin we ons concentreerden op de ontwikkeling en productie van nieuwe producten. Vanaf 2016 gingen we ons nog meer richten op diversificatie van onze producten en het veroveren van een voortrekkersrol in bepaalde applicaties. En nu zitten we net in de fase waarin alles is gericht op groei door innovatieve toepassingen.’[/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]

‘Op het gebied van veiligheid gaan we steeds meer van volgzaam en reactief naar betrokken en proactief.’

[/vc_column_text][vc_empty_space][vc_column_text]

Debottlenecking

Het is een bijzondere fabriek. Door de grote variatie aan producten, is veel gericht op productovergangen en het omstellen. Soms wordt enkele dagen het ene product gemaakt, waarna de fabriek wordt schoongemaakt en omgesteld om vervolgens enkele weken een ander product te maken. Het vraagt om veel flexibiliteit van het team en de fabriek, weet Jolling. Als plantmanager heeft hij daarnaast ook nauwe banden met overige afdelingen in de organisatie, zoals productontwikkeling, logistiek, verkoop en marketing. De fabriek moet snel kunnen reageren op de marktvraag.
Never a dull moment dus. Erg motiverend voor de ondernemend ingestelde Jolling. ‘Ik dacht hier bij mijn aanstelling een jaar of vijf te blijven. Inmiddels is dat al twaalf jaar.’ In het begin was hij samen met een senior process engineer betrokken bij de ontwikkeling en introductie van nieuwe producten. ‘Ik werkte destijds ook veel samen met de plantmanager. We zijn toen ook stevig met debottlenecking aan de slag gegaan. Een periode waarin we vele uren en avonden gespendeerd hebben aan het begrijpen van de installatie.’[/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row full_width=”stretch_row” parallax=”content-moving” css=”.vc_custom_1649703061066{padding-top: 20px !important;padding-right: 20px !important;padding-bottom: 20px !important;padding-left: 20px !important;background-color: #f4e5c3 !important;background-position: center !important;background-repeat: no-repeat !important;background-size: contain !important;border-radius: 2px !important;}”][vc_column][vc_column_text]

De plantmanager

[/vc_column_text][vc_column_text]In deze rubriek ‘De plantmanager’ laten wij elke keer een andere plantmanager aan het woord over zijn werk, visie en bedrijf. Hoe lukt het plantmanagers om succesvol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren? Kent u een interessante plantmanager? Mail dan naar redactie@industrielinqs.nl[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_empty_space][vc_column_text]

Juiste balans

Inmiddels is hij nu 3,5 jaar plantmanager met dertig medewerkers in de fabriek. Gaandeweg zijn er dus meer verantwoordelijkheden bij gekomen, en nog steeds. ‘Momenteel heb ik verschillende petten op. Dat hoort ook bij een ondernemende instelling en de fase waarin het bedrijf zich bevindt. Het heeft voordelen dat ik veel van de organisatie heb doorlopen. Daardoor zit ik er nu nog steeds dicht op. Dat kan soms overigens ook een nadeel zijn, want je kunt je verliezen in de inhoud. Om verder te bouwen aan de organisatie moet je af en toe ook wat afstand nemen. In een pioniersfase moet je vaak veel zelf doen. Daarna is het verstandig om steeds meer zaken aan anderen over te laten en te vertrouwen op het team.’ Dat is de fase waar Jolling nu middenin zit.
Voor de specifieke fabriek van Polyscope levert dat interessante puzzels op. Op het gebied van veiligheid bijvoorbeeld. Bij grote robuuste chemische fabrieken ligt alles procedureel vast. Nu Polyscope zich uit de pioniersfase ontworstelt, zullen procedures ook belangrijker worden. Echter flexibiliteit blijft ook belangrijk. Jolling: ‘Het blijft een wisselwerking tussen vrij ondernemen en werken volgens de regels. Altijd zoeken naar de juiste balans. Ik probeer altijd te voorkomen dat de organisatie zich verliest in een veel te grote en complexe berg aan regels en procedures.’[/vc_column_text][vc_empty_space][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column width=”1/6″][vc_empty_space][/vc_column][vc_column width=”2/3″][vc_single_image image=”177842″ img_size=”large”][/vc_column][vc_column width=”1/6″][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_empty_space][vc_column_text]

‘We kunnen grote stappen zetten als we de kloof tussen werkvloer en  management verkleinen.’

[/vc_column_text][vc_empty_space][vc_column_text]

Aandacht voor mensen

Op het gebied van veiligheidsperformance heeft Polyscope nog uitdagingen om de ambitie van Chemelot, dat tussen nu en 2025 wilt uitgroeien tot de meest veilige, duurzame en competitieve chemiesite van West-Europa, te realiseren. Dat heeft zeker ook te maken met de flexibele vorm van produceren die per definitie zorgt voor piekbelastingen.
Jolling wil zich niet bij voorbaat blindstaren op de koude cijfers. ‘Veiligheidsperformance mag natuurlijk nooit een papieren tijger worden. Ik heb niks met die borden waar de veilige uren op staan. Ik spendeer mijn tijd liever op de werkvloer om gesprekken te voeren met medewerkers en contractors. We kunnen grote stappen zetten als we de kloof tussen werkvloer en management verkleinen. Grote fabrieken draaien veel meer uren dan wij en mogelijk met relatief gezien veel minder kritische activiteiten. Als daar een incident gebeurt, staat dat nog ver achter de komma. Bij ons is een incident meteen extreem zichtbaar in de cijfers.’
Toch neemt Jolling absoluut geen genoegen met de huidige performance. ‘We hebben alles in huis om de beste van de klas te worden. We zitten immers dicht op de werkvloer. Op het gebied van veiligheid gaan we steeds meer van volgzaam en reactief naar betrokken en proactief. En daar hebben we juist de goede mensen en organisatie voor. Momenteel hebben we vooral veel aandacht voor de mensen. Lang hebben we de focus op de techniek en de processen gehad. Maar die heeft inmiddels een bepaalde standaard bereikt.’[/vc_column_text][vc_empty_space][vc_column_text]

Weinig verloop

Niet iedereen is geschikt om in de fabriek van Polyscope te werken. ‘Je past hier, of je past hier niet. Daar zit niets tussenin. We hebben een van nature open, platte organisatie en iedereen heeft impact op het eindresultaat. Als je alleen maar omlijnd wilt werken met strakke aansturing, dan is de kans groot dat je niet zult passen. We werken daarom graag met jonge mensen, die nog niet vastgeroest zitten. Maar ook zijn we aantrekkelijk voor oudere medewerkers die hun ei niet meer kwijt kunnen in grote organisaties. De fabriek heeft gelukkig maar weinig verloop.’

Verre van saai

Jolling is vooral bijzonder trots op de enorme stappen die Polyscope in ruim anderhalf decennium heeft gezet. ‘We hebben ons sinds 2006 ontwikkeld van het imago van proeffabriekje met een cowboy-mentaliteit naar een professionele wereldmarktleider. Dat we begin dit jaar zijn overgenomen door het veel grotere Vertellus, vind ik daarvan een bevestiging en het voelt als een groot compliment.’
En biedt dat misschien ook meer mogelijkheden voor Jolling zelf? Hij moet lachen. ‘Die vijf jaar zijn er al twaalf geworden en nog steeds is mijn werk verre van saai. Voorlopig ligt bij mij de uitdaging om te bouwen aan de organisatie zonder hard te werken in de organisatie.’[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column][vc_column_text]Dit artikel is gepubliceerd in Petrochem 02-2022 [/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]