HomeTransitieGeen exportkredietverzekering meer voor fossiele projecten
offshore wind

Geen exportkredietverzekering meer voor fossiele projecten

Bedrijven en banken komen vanaf 1 januari 2023  niet langer in aanmerking voor een exportkredietverzekering (ekv) voor nieuwe projecten in de fossiele energiesector, tenzij deze in lijn zijn met het internationale klimaatdoel om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden. De ekv wordt daarnaast aantrekkelijker gemaakt voor groene projecten, ter ondersteuning van bedrijven in de energietransitie. Dat maakt het Ministerie van Financiën bekend.

Het voorgenomen kabinetsbeleid is erop gericht om nieuwe publieke steun via de ekv voor de fossiele energiesector in het buitenland per 1 januari 2023 te beëindigen. Dit betreft activiteiten die gericht zijn op de exploratie en winning, verwerking, op- en overslag en transport van fossiele brandstoffen en elektriciteitsopwekking door middel van fossiele brandstoffen.

Groene transacties

De overheid heeft daarnaast maatregelen ingevoerd om groene transacties beter te ondersteunen met de ekv, zoals het verzekeren van meer risicovolle groene transacties en de groendekking voor investeringen in groene innovaties. Met extra maatregelen zet het kabinet in op verdere vergroening van de exportkredietverzekering. Zo wordt er gestart met het proactief opzetten van kredietlijnen voor buitenlandse afnemers van Nederlandse producten, zodat afnemers een ekv-gedekte kredietlijn kunnen krijgen voor het afnemen van goederen en diensten in Nederland. Daarnaast wordt ernaar gestreefd om 70% van de opdrachten onder de ontwikkelingssamenwerking-infrastructuurprogramma’s uit te laten voeren door Nederlandse bedrijven.

Uitzonderingen

Vanwege de energietransitie blijven de komende jaren bepaalde investeringen in fossiele infrastructuur nodig. De ekv blijft daarom onder strikte voorwaarden toegankelijk voor investeringen in bestaande fossiele infrastructuur in lijn met het 1.5 graadscenario. Een belangrijke voorwaarde is dat de economische levensduur van de infrastructuur niet verlengd wordt. Andere voorbeelden van uitzonderingen zijn ondersteunende diensten voor fossiele infrastructuur, multipurpose havens en elektriciteitsproductie in lage inkomenslanden met extreme energiearmoede. Vanwege de huidige geopolitieke ontwikkelingen biedt het voorgenomen beleid daarnaast ruimte voor projecten die de leveringszekerheid in Europa veiligstellen en in lijn zijn met Europees REPowerEU beleid.

Overgangsperiode

Omdat veel projecten een lange aanlooptijd kennen, wordt er een overgangsperiode van één jaar aangehouden. Dit betekent dat aanvragen die gedaan zijn voor 1 januari 2023 uiterlijk 31 december 2023 kunnen leiden tot een polis.

Delen:

jacqueline@industrielinqs.nl