HomeArchiefWat te doen met de CO2-belasting

Wat te doen met de CO2-belasting

Minister Wiebes broedt op een extra CO2-belasting. Bij de aankondiging ervan, deelde hij verder mee dat hij dit geld wel weer in een schone industrie wilde investeren. Hoewel nog niet zeker is of de belasting er daadwerkelijk komt, wilden we toch weten in welke technologie die minister het geld zou moeten steken. We vroegen het een aantal experts, die met verrassend veel voorstellen kwamen. Lees het uitgebreide verhaal in de komende editie van Utilities.

De meest voor de hand liggende partij om te vragen welke technologie het meest binnen de doelen van de SDE++ regeling valt is Navigant. De consultants kregen namelijk van de minister de opdracht uit te zoeken in hoeverre het mogelijk is industriële technologieën toe te voegen aan de SDE++ regeling. Navigant heeft dit voor een selectie van veertien technologieën in kaart gebracht.

Complex

Een winnaar is niet zozeer uit het onderzoek naar voren gekomen, alhoewel wel duidelijk wordt dat een aantal CO2-besparende maatregelen onder het subsidiebedrag voor waterkracht uitkomt, één van de duurste technologieën in de huidige SDE+. Noothout: ‘Een SDE++ subsidie gebaseerd op CO2-emissie is een stuk complexer dan de SDE+ subsidie. Die laatste wordt gebaseerd op de opgewekte kilowattuur, die relatief eenvoudig en onafhankelijk kan worden vastgesteld. Het vaststellen van CO2-emissiereductie is veel complexer omdat het vaak lastig te meten is, zeker wanneer het geïntegreerde processen betreft. Daarom worden in de SDE++ CO2-referentietechnologieën gebruikt om de CO2-reductie in te kunnen schatten.

De complexiteit is dat het niet altijd mogelijk is per technologie een eenduidige CO2-referentietechnologie vast te stellen: een warmtepomp kan namelijk zowel een standalone gasgestookte boiler vervangen, als worden gebruikt in een geïntegreerd proces. De CO2-emissiereductie kan daarom per toepassing verschillen.

Scope

Ook een punt van discussie is welke scope wordt aangehouden in de berekeningen. De uitkoppeling van warmte voorkomt met name emissies bij kwekers of huishoudens en niet bij de bedrijven die de warmte leveren. Hetzelfde geldt voor groene waterstof. Als deze alleen als aanvulling dient, heeft deze geen effect op de eigen emissie, maar wel op die van derden. Alleen: hoe meet je die vermeden emissies?’

Alles proberen

De boodschap van André Faaij, Wetenschappelijk directeur bij ECN part of TNO, is misschien nog wel het duidelijkst. ‘De opgave is zo groot dat we alle opties moeten gebruiken. Dat is de koele wetenschappelijke boodschap die we moeten verkondigen als tegengewicht voor de emoties die gepaard gaan met de energietransitie. Het is te gemakkelijk te zeggen dat we geen CCS, geen biomassa en geen wind op land wensen. Terwijl een biomassacentrale mét CCS zelfs voor negatieve emissies kan zorgen. Er is nog veel te winnen door slimme combinaties te maken tussen industrie en energiesector, bijvoorbeeld door processen te elektrificeren met groene stroom, inzet van groene waterstof en ook circulair te produceren wat indirect weer veel energie en grondstoffen bespaart.’

Lees in Utilities 3 de visie en een overzicht van CO2-besparingstechnologiën van FME, DNVGL en TNO

Delen:
Author

David@industrielinqs.nl