HomeUtilitiesEnergieMaxima-centrale klaar voor waterstof-bijstook
Maximacentrale

Maxima-centrale klaar voor waterstof-bijstook

De gascentrale ‘Maxima’ van Engie in Lelystad is geschikt gemaakt om tot vijftig procent waterstof mee te stoken. Het duurt echter nog tot 2025 of 2026 voor er waterstof beschikbaar is dat in de centrale kan worden meegestookt.

De Maximacentrale bestaat uit twee identieke eenheden met allebei een vermogen van 440 MW. De eerste eenheid van de Maximacentrale is inmiddels aangepast voor de bijstook van waterstof. De tweede volgt in 2025 of 2026.

Infrastructuur en productie

Momenteel heeft de centrale nog geen beschikking over waterstof. Daarvoor wacht Engie aan de ene kant op de ontwikkeling van de waterstofinfrastructuur door Gasunie. Aan de andere kant is ook de productie van waterstof nog een bottleneck. Engie neemt onder andere deel in het HyNetherlands project, waar het samen met OCI en EEW de grootschalige productie voor groene waterstof voorbereid. Engie verwacht volgend jaar de investeringsbeslissing te nemen voor de eerste elektrolyser van 100 MW. HyNetherlands wil de productiecapaciteit in 2035 tot 1,85 GW opvoeren. Engie neemt daarnaast deel in het H2Sines-project waarbij het zich richt op de import van groene waterstof vanuit Portugal.

De ontwikkeling van groene waterstof gaat volgens Harry Talen, directeur van de Maxima-centrale, nog te traag. Daarom werkt Engie sinds 2021 samen met de Noorse olie- en gasmaatschappij Equinor om – uit aardgas geproduceerde – waterstof geleverd te krijgen. Equinor vangt bij de productie van het waterstof het CO2 af en slaat het in lege gasvelden op.

Achtervang

Hoewel het technisch mogelijk is om waterstof mee te stoken, wil dit niet zeggen dat dit ook in de praktijk zal worden toegepast. Waterstof is duurder dan aardgas. Ook verwacht Talen dat de gascentrales minder gebruikt worden, omdat zonne- en windenergie een steeds groter aandeel in de energiemix krijgen.

‘Waterstofcentrales zijn straks echt bedoeld als achtervang. Het doel is om duurzame energie ruim baan te geven en centrales minder draaiuren te laten maken.’  Talen denkt dat een centrale op waterstof wel degelijk past in de Nederlandse energievoorziening. ‘CO2-vrij regelbaar vermogen moet een plek krijgen in het systeem. Dat kan bijvoorbeeld door een vergoeding te betalen aan bedrijven die dat vermogen beschikbaar houden.’ Hij vergelijkt het met het dieselaggregaat dat in ieder ziekenhuis in de kelder staat. ‘Dat wil je eigenlijk ook niet gebruiken, maar moet je altijd achter de hand hebben.’

Delen:

jacqueline@industrielinqs.nl